Het kapittel van Hilvarenbeek dateert uit de twaalfde eeuw. De kanunniken droegen veel bij aan de groei en bloei van het dorp. Zij hadden grote inkomsten uit andere parochies en verzorgden het dorpsonderwijs. Door hun contacten met de universiteit van Leuven konden tientallen Beekse jongens daar een academische opleiding volgen. Ioannes Goropius Becanus is daarvan de bekendste en meest tot de verbeelding sprekende academicus. Waarschijnlijk heeft een deken opdracht gegeven voor de bouw van de kerk en de toren. De kanunnikenbanken herinneren nog aan deze rijke periode. Naar de laatste deken is de Deken Cauthalsstraat genoemd. Hij herbouwde in 1615 de door brand verwoeste kerktoren.
De gracht had de vorm van een ‘acht’. Op het andere omgrachte deel stond Huis de Ypelaer. Vóór de bouw van woningen in 1995 lagen hier de sportvelden en voordien werd het soms gebruikt als evenemententerrein, onder meer voor paardenconcoursen.